Tolereren

Tolereren (column uit 2015)

Vrijheid van meningsuiting is een groot goed.

Voor iedereen dan, hè?

 

Dus je mag bijvoorbeeld spreken van ‘een ongewenste vluchtelingentsunami die Nederland en het eigen volk gaat islamiseren en onze vrouwen verkrachten’, maar dan mag je daar ook wel wat tegenin brengen, toch?

 

Oké, komt ie.

“Vluchtelingen welkom, zaai geen haat en angst”, is de mening op het bordje van een meneer, als Wilders in Almere op bezoek komt.

 

“Vuile NSBer”, is de tegenmening van iemand. Mag je zeggen.

(Bij mij thuis heet zoiets schelden, trouwens. Maar goed.)

 

Deze dan, nóg een bordje met een mening:

“Vluchtelingen welkom, gedachtegoed van PVV + Wilders niet”.

 

“Ik hoop dat u verkracht wordt door een islamiet”, klinkt de mening aan het adres van de vrouw met het bordje.

 

Dat eerste vond ik schelden, maar voor dit laatste heb ik geen woorden. Ben er stil van.

Dus ga ik maar mediteren, moet je tóch stil voor wezen.

 

Kan ik oefenen in geduld, om een tolerant mens te blijven.

En niet bang te worden van het eigen volk.

Vilein zegt geen sorry

Vilein zegt geen sorry

Vilein zegt geen sorry (column 2015)

Twee docenten van een theateropleiding zouden in de jaren tachtig en negentig seksuele relaties met verschillende leerlingen hebben gehad. Enkele van deze leerlingen hebben de fluisterstilte onlangs verbroken.

Moedig. Ik geloof ze. Je komt niet voor niks eindelijk met je verdriet voor de draad, omdat, zoals nu inderdaad gebeurt, er al gauw gepraat wordt over zwartmaken en karaktermoord. En daar gaat dan alle aandacht naartoe.

„Ze waren destijds toch volwassen”, hoor je in dit verband wel zeggen. Ach ja, de dag voor hun achttiende verjaardag ‘maak je nog misbruik van een kind’ en de dag erna – én de vier tot vijf jaren die erop volgen – heb je van doen met een zelfverzekerde, volwassen vrouw.  Eentje die genoeg levenservaring heeft om geheel zelfstandig te beslissen of ze een relatie met een interessante docent aan zal gaan. Wat een metamorfose!

De afgelopen dagen ben ik me, mede door een artikel bij De Correspondent, gaan afvragen of publicaties over bovenstaande pijnlijk gevoelige zaak alle belanghebbenden wel dienen. Al was het maar vanwege de onfrisse reacties en veroordelingen op Twitter. Ik weet het nog steeds niet. Maar nu dat toch gebeurd is, kan ik het niet laten publiekelijk aandacht te vragen voor één aspect dat in alle commotie weinig belicht is.

Hoe reageren de betreffende heren?

Eén van de docenten ontkent aanvankelijk alles, maar herinnert zich later bij monde van zijn advocaat toch één gevalletje. Dat hij artistiek, pedagogisch en didactisch volledig kan verantwoorden. In een voor mij volstrekt onnavolgbaar balletje-balletjespel, met de woorden fictie, werkelijkheid en leren acteren, legt hij de volledige verantwoordelijkheid bij de aankomende acteurs: die zijn soms niet sterk genoeg om zijn doceerstijl aan te kunnen.

De andere docent verklaart dat hij er destijds uit zichzelf mee gestopt is, ondanks het toen heersende klimaat waarin dit soort relaties heel normaal gevonden werd. Maar de man kan het, als hij geconfronteerd wordt met een groter aantal relaties dan hij zelf in gedachten had, toch niet nalaten de boventalligen een vileine trap na te geven: het zouden de onsuccesvollen zijn die zich beklagen.

Beide docenten geven dus een verklaring voor hun gedrag, maar ik mis iets.

Als een docent zich niet kwetsbaar en reflectief opstelt – waar ben/was ik eigenlijk mee bezig? – en de situatie niet óók kan bekijken vanuit het perspectief van de nog steeds gekwetste leerling, duurt de voormalige machtsongelijkheid in het heden voort.

Zelfreflectie komt al een stuk dichter in de buurt van gelijkwaardigheid nú en mag voor zo’n docent niet dienen om er achteraf een pedagogische en artistiek verantwoorde draai aan te geven. En ook niet om vrouwen die anoniem willen blijven even artistiek op hun plaats te zetten.

Sommigen verwijten de Volkskrant karaktermoord en de vrouwen slachtofferschap. Het gedrag van de docenten is inmiddels veranderd, zeggen ze. Hun egocentrische denken niet. Zeg ik. De heren kunnen karakter tonen door zonder mitsen en maren te erkennen dat ze fout zaten en dat het hun spijt. Dat helpt de slachtoffers om zich weer gelijkwaardige medemensen te voelen. Erkenning van pijn kan helend werken.

Wat niet is, kan nog komen en dat hoeft wat mij betreft niet per se in de krant. Misschien is het te moeilijk voor hen. Zoals Elton John zong: ‘Sorry seems to be the hardest word.’

 

Paniek

Paniek

Arnon Grunberg heeft in de VPROgids een column waarin hij een onderwerp bespreekt in enkele punten. Dat heeft voordelen.

  1. Het zijn losse gedachten, maar niet zo los dat het chaotisch wordt, het onderwerp is de leidraad.
  2. Er ontstaat ruimte. Een kop en een staart met ertussenin een betoog is mooi, maar kan een beklemming zijn voor het denken van de schrijver en niet te vergeten van de meedenkende lezer.
  3. Sommige onderwerpen, misschien wel de meeste, liggen gevoelig en maken zoveel emoties los, dat een rijtje losse gedachten erover verkoeling kan brengen.
  4. Het is een goed idee, dus ik jat het graag.

 

Paniek

  1. Angst is noodzakelijk om niet al te snel dood te gaan. Men moet de dood achten, niet verachten. Staat ware doodsverachting hoog of laag aangeschreven? Paniek, de ultieme angst, kan in ieder geval niet op bewondering rekenen, hooguit op mededogen.
  2. De uitspraak ‘er is geen reden tot paniek’ is bedoeld om gerust te stellen. Het is de vraag of deze uitspraak het beoogde effect heeft.
  3. Paniek kun je associëren met snelheid. Zou er langzame paniek bestaan? De aanloop ernaartoe is dan lang en de toestand duurt enige tijd. Oftewel, bestaat chronische paniek? Of is dat wat men verstaat onder een angststoornis?
  4. Paniek in de nacht is een apart geval, want overdag zien mensen zelf wel reden tot zorgelijkheid, maar geen reden tot paniek.
  5. De indeling links-rechts in de politiek vind ik doorgaans achterhaald en onpraktisch, maar het onderscheid is nu toch even interessant. Want welke stroming is vatbaarder voor paniek: links, rechts of allebei? En wie stelt dan de diagnose?
  6. Daadkrachtig optreden kan paniek van een ander beëindigen. Soms moet een drenkeling in het belang van zichzelf en vooral van zijn redder eerst geslagen worden, voor je hem kunt redden.
  7. Een daadkrachtige leider is ook op macroniveau door sommigen wel eens gewenst, al is die gedachte voor veel anderen juist weer een reden tot paniek.
  8. Voor de lieve vrede en ook voor de minder lieve vrede is het goed om de eigen paniek te onderkennen en die van de ander aan te zien met evenveel mededogen -al kan niet iedereen zelfmededogen opbrengen.

 

Tot zover over paniek.